WRT Team Audi Sport was de verrassing van het nieuwe DTM seizoen. De rookie rijders Jonathan Aberdein (21) en Pietro Fittipaldi (23) scoren regelmatig punten met de Audi RS5 DTM wagens. Aan de vooravond van de races op de Lausitzring geeft teambaas Vincent Vosse zijn visie op het debuutseizoen van WRT in het DTM.
“Ik keek naar enkele DTM races op Zolder in het begin van de jaren negentig. Maar het is vooral de DTM uit 1995 die mij bij blijft. Dit waren de tijden van Alfa Romeo, Mercedes en de Opel Calibra. Ik kwam uit de eenzitters. Jason Watt en Jan Magnussen waren goede vrienden van mij en zij begonnen net in DTM met de Alfa Romeo en de Mercedes. Dat waren de grootse jaren.”
Wie of wat maakte het meeste indruk?
“Dat was zeker en vast Bernd Schneider en hij blijft indruk maken op mij, ook nu nog. DTM is zeer indrukwekkend. De races zijn goed en de kwaliteit van de teams en de rijders is gewoon geweldig. Deze categorie heeft een grote toekomst denk ik, want het is een fantastisch platform.”
Was de komst van WRT naar het DTM kampioenschap de juiste beslissing?
“Ja! Zonder enige twijfel. We hebben de juiste omgeving en de mensen van Audi hielpen ons geweldig. We zijn heel tevreden over DTM. Het was ook altijd de bedoeling dat er andere klantenteams zouden meedingen. Er zou een BMW klantenteam komen maar dat werd niet uitgevoerd. Als ik over een ding teleurgesteld ben un 2019, dan is het wel hierover.”
“Intern zijn we tevreden. Het is altijd moeilijk te zeggen of we nu tevreden moeten zijn met de resultaten of niet. We toonden een goed potentieel en eindigden hier en daar als vierde en als vijfde. Maar we zien ook dat het potentieel voor een podiumplaats aanwezig is, maar er nog niet uit kwam. Een podium zou echt geweldig zijn en dat doel staat er nog altijd voor de laatste paar races.”
Is een podium een realistisch doel als je tegen fabrieksteams rijdt?
“Een podium is niet gemakkelijk te halen in DTM. Maar met het potentieel van Jonathan (Aberdein) en Pietro (Fittipaldi) is het zeker mogelijk. Neem nu Brands Hatch. Jonathan reed er drie minuten voor het einde nog op een zevende positie, op vier seconden achter de leider! En Pietro zette ook nog de snelste ronde. Dat geeft aan hoe competitief we zijn. Dus ja, ik ben tevreden met wat we tot nu toe realiseerden. Dit was buiten de verwachting. Ik zou niet verrast geweest zijn als we dicht bij de zes fabrieks-Audi’s hadden gezeten in de kwalificaties, maar ik had niet verwacht dat we af en toe voor hen zouden staan. Jonathan Aberdein startte tweemaal vanaf de voorste rij. Onze beide rijders zijn geweldig. Bij Jonathan valt het beter op omdat hij al twee keer op de tweede plaats stond en de wagen ei zo na op de pole zette in Assen. Maar ook Pietro liet al sterke prestaties zien. Het was voor ons het ideale scenario dat we twee rookies hadden. Als we twee ervaren rijders zouden gehad hebben, die beiden verwachtten van vooraan mee te strijden, dan was het waarschijnlijk heel wat moeilijker verlopen als we die verwachting niet hadden kunnen inlossen. We leren nog altijd veel bij en ontdekken nog heel wat dingen in DTM. We mogen niet denken dat we de buit al binnen hebben.”
Wat maakt DTM zo moeilijk?
“De pit stops bijvoorbeeld. We waren een referentie in elke categorie waaraan we in het verleden deelnamen. We sukkelden redelijk wat met de pitstops in DTM. Je hebt vier mensen nodig die volop bezig zijn met hun zaak. De mannen aan de pneumatische hamers en aan de wielen zijn o zo belangrijk. Veel oefenen is het geheim. Vergeleken met de pitstops die we doen in GT races is dit meer een fysieke oefening. Het is heel wat anders in DTM. Je moet hard trainen, elke millimeter en elk detail is belangrijk. Een van onze doelstellingen in de winter is hieraan te werken. In DTM heeft iedereen hetzelfde materiaal dus het verschil ligt echt wel bij jezelf. Maar dat is nog niet alles. DTM begrijpen is het moeilijkste. Waarom stond BMW rijder Marco Wittmann zaterdag op pole in Brands Hatch en eindigde hij zondag slechts op de twaalfde plaats? Dat zijn van die vreemde dingen die kunnen gebeuren in DTM en waarvan je moet proberen te snappen waarom ze voorvallen. Anders zal je het gevoel hebben dat je de zaken niet onder controle hebt, want dan reageer je enkel op dingen in plaats van proactief op te treden.”
Hoe is de relatie met de Audi fabrieksteams?
“Zeer goed en dat had ik niet verwacht. Ik kende Ernst Moser en Phoenix van de GT racerij, maar ik werkte nooit eerder met ABT of Rosberg. We kregen hulp van de drie teams. Er heerst een goede sfeer tussen ons. Ze zijn vriendelijk en hulpvaardig. En dat is een goed gevoel, een typisch Audi gevoel.”
WRT gaat dus door in DTM, ook volgend seizoen.
“Dat was altijd al de bedoeling. Toen we deze overeenkomst sloten was het de bedoeling om zeker drie jaar te blijven. We hebben op het einde van het jaar wat rapportering en evaluatie te doen, om te kijken waar we staan en of deze DTM inspanning enige waarde bijbrengt aan het team. Maar ja, ik wil zeker in DTM blijven. In Brands Hatch haalden we op zondag ons beste resultaat. We waren zevende op amper vier seconden van de leider. Dat is voor mij belangrijker dan vierde te eindigen op twintig seconden van de leider. Het was een hele verwezenlijking voor het hele team om snel en consistent te zijn. Hopelijk zitten we nog eens in deze positie. En als er een podium van komt, geweldig. Als dat niet zo is maar we kort bij de leider zitten, wel, dan zal ik ook tevreden zijn!”
(persbericht/ed.wb – foto: Audi Motorsport Media)