Jourdan Serderidis en Fred Miclotte hebben in Duitsland een schitterend menselijk en sportief avontuur tot een goed einde gebracht. Het duo stapte voor het eerst in een razendsnelle Ford Fiesta WRC, dezelfde auto als waarmee Sébastien Ogier voor de wereldtitel strijdt. Ondanks een quasi onbestaande voorbereiding reed het duo naar een knappe achttiende plaats.
54 is hij, de Belgische Griek Jourdan Serderidis en eigenlijk is het te gek voor woorden. Tijdens week leidt hij zijn bedrijf, maar in het weekend wil hij nog wel eens gaan rally rijden en dit weekend deed hij dat voor het eerst in een echt absolute topwagen, de 400 pk-sterke Fiesta waarmee Sébastien Ogier vorig jaar onder meer naar de wereldtitel rally reed.
“Sommige mensen reageren wel eens laag dunkend, omdat ik natuurlijk tijd inboet tegenover die kerels. Maar stel je voor dat ik op mijn 54ste plots in de buurt zou zitten van Neuville en Ogier, dat zou voor die mannen een affront zijn, neen? Ik wil gewoon goed rijden, veel plezier beleven en aan de finish staan.”
Dat laatste lukte en het duo reed naar een meer dan verdienstelijke achttiende stek, wetende dat er elf topwagens aan de start verschijnen, gevolgd door een resem jonge wolven.
Bovendien maakten Jourdan Serderidis en Fred Miclotte geen enkele echte fout in de wedstrijd en brachten ze de prachtige Ford heelhuids terug naar het team van M-Sport Ford. “In Australië rijden we weer en ook Mexico volgend jaar staat op het menu“, kunnen we nog optekenen na de rally van Duitsland, waar tienduizenden Belgische fans aanwezig waren. “We hebben samen iets afgewerkt, wat echt een droom is, een fantastisch avontuur en ik heb er echt van genoten van a tot z.”
Onder de indruk
Fred Miclotte las de nota’s en was zelf ook tevreden. “Natuurlijk, wat een topauto en het is echt super om dit te kunnen doen. We hebben een goede rally gereden en ik ben bijzonder onder de indruk van de auto zelf. Dit is de absolute top in de wereld en het is werkelijk schitterend om hier vier dagen mee gereden te hebben. Dit smaakt naar meer“, besluit Miclotte.
