Andy Jaenen is de drijvende kracht achter het Belcar Endurance Championship en kent weinig rust na een mooie editie van de Eleven Sports 24 Hours of Zolder. De Limburger moet nu aan de slag om de toekomst van de race en het kampioenschap voor te bereiden. Wij spraken met hem:
Wat is je globale analyse van het seizoen met nog één race te gaan?
“We stevenen af op een heel spannende finale. In elke klasse is er een tweestrijd voor de titel. Algemeen kunnen er in theorie nog acht teams kampioen worden, maar het zal vrijwel zeker uitdraaien op een gevecht tussen de Norma van Mc Donald’s Racing en Scuderia Monza by DVB RACING, waarbij MExT Racing wel eens de spreekwoordelijke derde hond kan zijn. We kunnen niet ontkennen dat we graag een 5-tal extra deelnemers hadden gehad voor het hele seizoen en voor de Eleven Sports 24 Hours of Zolder, maar over de hele lijn zijn we best tevreden. De kwantiteit kon iets beter maar de kwaliteit was zelden zo stevig. Als we vaststellen welke namen er aan de start stonden tijdens de afgelopen 24 Hours of Zolder, mogen we fier zijn dat deze wedstrijd meer dan ooit de belangrijkste Vlaamse proef op de autosportkalender is.”
Wat zijn de sterke en minder sterke punten van Belcar vandaag?
“Laten we met onze sterke punten beginnen. We zijn in eerste instantie het nationaal uithoudingskampioenschap, binnen een goede samenwerking met de RACB. De TV-deal met Eleven Sports voor de voorbije wedstrijd en ook naar het volledige Belcar Endurance kampioenschap in de toekomst, is ook zeer belangrijk. Het feit dat we tijdens echt grote meetings rijden (24 Hours, Blancpain GT, American Festival, Superprix) met veel publiek, moet ook blijven een steunpilaar van het kampioenschap vormen. Maar ik denk ook aan de sfeer in de paddock tussen de teams. We kunnen spreken over een hechte Belcar-familie. Zo zijn de huidige reglementen tot stand gekomen door een nauwe samenwerking tussen de organisatie en de teams. Tijdens de vergaderingen brengen vertegenwoordigers uit elke klasse punten naar voren die besproken worden en vaak ook tot kleine aanpassingen van het reglement leiden.”
En wat is voor verbetering vatbaar?
“De huidige reglementen zijn tot stand gekomen door een nauwe samenwerking van de organisatie en de teams, inderdaad, dat is soms positief en negatief tegelijk. Door de diversiteit is het niet eenvoudig om voor iedereen goed te doen. Op meerdere vlakken is er een compromis gezocht tussen de Proto’s en de GT’s, zonder de kleinere toerismewagens uit het oog te verliezen. Zo zijn er soms wat negatieve reacties op de normtijd, maar deze is door de teams zelf gekozen. Ik durf zelfs stellen dat de proto’s deze 24 uren gedomineerd hebben dankzij de normtijd en niet ondanks, want als ze een onderlinge strijd waren aangegaan met een tempo van 1’30”, dan ben ik benieuwd of ze nog steeds zonder problemen aan de finish zouden geraakt zijn.”
Mogen we er van uit gaan dat 2018 qua reglement in de lijn zal liggen van 2017 en dat echt nieuw reglement voor 19 is?
“2018 is het laatste jaar van het huidige reglement, dus in grote lijnen gaat alles hetzelfde blijven met hier en daar mogelijk wat kleine aanpassingen. Voor 2019 zal er een nieuw reglement opgesteld worden dat voor 3 jaar geldig is. We gaan proberen bij aanvang van het seizoen 2018 de belangrijkste punten voor seizoenen 2019-2021 bekend te maken, maar er zal eerst nog vaak rond de tafel gezeten worden met de betrokken partijen.”
