McLaren komt in Oostenrijk aan onder een nieuwe dageraad. Niet alleen omdat in Baku de McLarens duidelijk vooruitgang boekten en Alonso de eerste punten in het zakje bracht. Maar ook omdat een tijdperk binnen McLaren duidelijk tot een einde is gekomen.
Enkele weken geleden verkocht Ron Dennis de 25% aandelen die hij nog in McLaren had. Deels aan de investeringsgroep Mumtalakat (dat staat voor Bahrain Mumtalakat Holding Company), een structuur opgericht in 2006 die investeringen doet in een verscheidenheid aan sectoren, van banken over vastgoed, olie, vliegmaatschappijenen, satellieten, vleesverwerking en voeding tot vakantieresorts. McLaren zit in hun portfolio als onderdeeltje van de “industriële productie en diensten”. De groep realiseerde verleden jaar nog een netto winst van 183 miljoen dollar. Zak Brown en Eric Bouillier leiden dan wel de raceafdeling van McLaren ten velde maar de man die de plak zwaait bij de McLaren Group is nu onmiskenbaar Mumtalaket-vertegenwoordiger Mohammed bin Essa Al Khalifa. Een ander deel van de aandelen ging naar langdurige vennoot Mansour Ojjeh, de Frans-Arabische zakenman achter TAG (Techniques d’avant garde). In de mid jaren 80 ontwikkelde TAG met Porsche een zescilinder turbomotor die McLaren drie opeenvolgende wereldtitels bezorgde (1984 Lauda, 1985-1986 Prost) en het team definitief bij de allergrootsten plaatste.
Oostenrijk is voor McLaren eigenlijk een nieuw tijdperk. For the record, enkel de jaren dat McLaren absoluut dominant was, slaagden ze erin om de te winnen op het circuit in de bergen van Stiermarken: Lauda (1984), Prost (1985,1986), Coulthard (1999) en Hakkinen (1998,2000). En Senna dan hoor ik u vragen? Wel, die had zijn gloriejaren in de negenjarige periode dat de Oostenrijkse Grote Prijs niet werd gehouden en de lange, indrukwekkende Östenreicherring, met de zwiepende, ijzingwekkend bloedsnelle bochten werd hertimmerd tot de tv-vriendelijkere en ietwat steriele “A1 Ring” (later herdoopt tot Red Bull Ring omdat het …euhm, beter in de mond lag?)
Was het een poging om de aandacht af te leiden van de veelbesproken aangekondigde “spec 3” upgrade van de Honda (?), maar bij McLaren was er de voorgaande tijd vooral veel aandacht voor het “Festival of Speed” in Goodwood. Het team was er aanwezig met de knaloranje, krachtige CanAm machine uit 1970, de McLaren M8D, en de huilende V12 uit 1991, de MP4/6 – Honda van wijlen Ayrton Senna. De reserve rijders en de “development drivers” mochten delen in de pret. Oliver Turvey, Nyck de Vries en Nobuharu Matsushita wisselden elkaar af aan hun stuur.
Bij McLaren werd het verleden geëerd op het Goodwood Festival of Speed, en tegelijk verdween een groot stuk van zijn sportieve erfenis met de exit van Ron Dennis. Dergelijke onderbouw heeft Stoffel Vandoorne nog niet maar hij kan zich misschien optrekken aan zijn eigen recente herinneringen aan de Oostenrijkse Grote Prijs, waar hij in zijn 2015 GP2-kampioenenjaar duidelijk de demarage plaatste op de toenmalige concurrentie: 1ste en 2de plaats van dat raceweekend. Een fractie van de glorie van dat weekend zou anno 2017 al een succes betekenen voor onze F1 vertegenwoordiger in een compleet hertekend McLaren…
(foto: mclaren.com)