Als we mogen blijven racen, want de huidige, stijgende coronacijfers zouden op ieder moment anders kunnen doen beslissen, dan eindigt het Belcar Endurance Championship begin november op Circuit Zolder. Of dat met een 24-uursrace zal zijn, is nog de vraag, maar het is wel nog steeds een optie. Volgend jaar wil het nationale uithoudingskampioenschap uiteraard weer aansluiten bij de normale gang van zaken.
2020 is een jaar om snel te vergeten, maar voorlopig moeten we nog even door. Wat de gevolgen op termijn zullen zijn, is vooralsnog onduidelijk, maar misschien is deze coronacrisis ook een katalysatormoment om de nationale autosport op circuit te heroriënteren. Maar first things first en de 24 Uur van Zolder.
Drie of vier opties?
Dit weekend kon u al lezen dat de teams diverse opties kregen, om in samenspraak met Circuit Zolder te beslissen welke richting het met de finale van ons nationale uithoudingskampioenschap uit moet. Welke die drie opties zijn, kan u hier opnieuw lezen:
Bovendien is er dit weekend een vierde optie ter sprake gekomen, waarbij vooral Patric Derdaele, teameigenaar van Belgium Racing aan de kar trekt. “Ik wil naar een 12-uursrace op zaterdag, om zo de kosten te beperken en de mensen niet te verplichten nog een dag extra te blijven. We beleven een moeilijk jaar en ik denk dat je dan ook moet durven om dergelijke beslissingen te nemen”, liet Derdaele aan Autosportwereld.be weten. “De meeste teams staan achter mijn voorstel en ik wil zeker in overleg gaan met de mensen van het circuit, om voor iedereen de beste oplossing te vinden. Ik had ook liever een gewoon seizoen gehad.”
Uitsluitsel over de 24 Uur van Zolder wordt in de loop van deze week verwacht.
En nu?
In onze contreien zijn er drie sterke promotoren van kampioenschappen op circuit, in casu de Driving Force, V-Max Racing en Circuit Zolder, vandaag ieder met hun eigen kampioenschappen. Die drie partijen hebben ieder hun sterktes en zwaktes en uiteraard zou een samenwerking in deze tijden heel wat voordelen opleveren, denk maar aan gedeelde tracktime, minder verplaatsingen voor de teams, commerciële opportuniteiten, meer publiek… maar ook sportief organisatorisch liggen er kansen.
Denk maar eens aan niet twee maar, één uithoudingskampioenschap naar het model van de Ford Fiesta Cup, waarbij Belcar en Supercar het circuit wel delen, maar wel met afzonderlijke puntenstanden. Dat werkt perfect voor de Nederlandse en Belgische rijders in de Fiesta Cup, dus waarom niet voor GT’s en toerwagens? Voeg aan de weekends voor die Benelux competitie merkencups voor Fiesta, Mazda, BMW of Porsche toe en misschien zelfs een semi-uithouding voor CN-prototypes, en je krijgt Benelux-supermeetings die misschien wel meer mensen aanspreken dan de versnipperde kalenders van vandaag.
Wij hebben geen toverformules of kant-en-klare oplossingen en misschien gaan we wel een brug te ver in onze toekomstvisie, maar in crisistijden liggen vaak ook heel wat mogelijkheden verscholen en durven nadenken, is nooit een slechte zaak geweest.