We zijn ondertussen toe aan het derde deel van onze reeks in aanloop naar de virtuele Belcar-manche met dit keer een dubbelinterview. Zowel Bert als Stienes Longin geven hun kijk op hun deelname van zondag aanstaande!
Normaal beginnen we steeds met een korte introductie over de persoon die in de kijker staat, maar dat hebben deze heren natuurlijk niet meer nodig. Bert en Stienes, jullie stonden zeker te springen van blijdschap toen er toch een alternatief kwam voor de echte Belcar?
S: “Dit is zeker een supergoed alternatief! Normaal zaten we dit weekend op het Circuit van Zolder en dat kan nu jammer genoeg niet. Daarom is het leuk dat we elkaar terug zien op deze virtuele manier. Ik heb ondertussen al enkele virtuele vrije trainingen meegedaan en geloof me, dit voelt echt aan zoals een vrije training tijdens de echte Belcar!”
B: “Dat een nationaal kampioenschap meteen proactief anticipeert vind ik een heel sterk signaal, zowel naar de supporters toe, als naar de partners en piloten. Voor mezelf is dit wel voor de zoveelste keer het ‘heruitvinden’ van de piloot Bert Longin. Ik kom nog van de tijd dat we reden zonder ingenieur en datasysteem, maar goed, dit is wel leuk voor onze raceskills scherp te houden!”
Op de deelnemerslijst prijkt de naam van Stienes, maar Bert vinden we nergens terug. Geen vader-zoon moment dus?
B: “Dan moet er ergens iets misgelopen zijn. Ik doe wel degelijk mee met Stienes en Christoff Corten, zoals in de echte Belcar dus.”
S: “Al is zijn simulator pas gisteren geleverd, mijn pa doet inderdaad mee. Dat lijkt laat, maar we hebben al raceauto’s gehad die nóg later klaar waren!”
Stienes heeft al wat ervaring op de simulator, maar hoe zit dat met jou Bert?
B: “Ik heb al wat getraind en het gaat ondertussen wel. Het moet natuurlijk nog een stuk beter, maar wat me opvalt is dat de vaardigheden voor het afstellen van een wagen ook hier goed van pas komen. Het komt zeer goed overeen met de echte wereld, en da’s niet bepaald een nadeel.”
S: “Mijn ervaring is ook vrij beperkt op de simulator. Ik ben er nu ongeveer een drie weken mee bezig, dus voor mij is het ook nog vrij nieuw.”
Normaal vallen jullie terug op een groot team: pitstopstrategie, afstelling van de wagen, … Hoe doen jullie dit nu?
B: “Nu doen we inderdaad alles zelf! Dat is ook het mooie ervan, je moet aan de bak, zowel in je hoofd met strategie als het onder de knie krijgen van het simracen.”
S: “Als we er met ons drie in slagen om de auto op de baan te houden en te finishen zal het al een hele prestatie zijn. Voor die gedetailleerde afstelling hebben we nog te weinig ervaring. Het voelt zelfs een beetje terug aan zoals het eerste seizoen op het circuit.“
Wat zijn jullie doelstellingen voor de race? (Bert en Stienes racen met de Radical SR8, de wagen die voor de algemen overwinning strijdt, n.v.d.r).
S: “Ik denk dat als we een beetje snelheid kunnen ontwikkelen, een top 5 plaats misschien wel mogelijk is. Het zal niet makkelijk zijn, maar een wedstrijd moet nog altijd gereden worden hé.”
B: “Ik zou zoals altijd zeggen winnen, maar dat is helaas wat te ambitieus. We trainen en bereiden ons zo goed mogelijk voor en dan zien wel wel.”
Wie achten jullie als grootste kanshebber?
S: “Verwacht maar dat die diehard-simracers deze wedstrijd gaan winnen. Daarna zouden we de rollen eens moeten kunnen omkeren, dat zou pas een stunt zijn!”
B: “Ik ken van de simracers niemand natuurlijk, maar daar zal na de eerste manche van zondag wel verandering in komen.”
