De Spanjaard Jorge Lorenzo kondigde vandaag aan zich terug te trekken uit de MotoGP racerij. Lorenzo won vijf wereldtitels: twee in de 250cc (2005 en 2006) en drie in de MotoGP (2010, 2012 en 2015). Hij werd ook driemaal vice-wereldkampioen (2009, 2011 en 2013).
foto: ©motogp.com
In zijn lange carrière op het wereldtoneel reed hij voor meerdere merken in MotoGP: Yamaha, Ducati en Honda. De Spanjaard debuteerde op 15-jarige leeftijd in de 125cc Spaanse Grand Prix in 2002. Hij debuteerde op de tweede dag van het evenement aangezien hij op vrijdag nog niet was verjaard en dus… niet oud genoeg was. Lorenzo domineerde het 250cc kampioenschap in 2007 en maakte een indrukwekkende start in MotoGP in 2008 (met een eerste zege in Portugal, in pas zijn derde race). Hij beleefde zijn sterkste seizoenen van 2009 tot 2016 met drie wereldtitel en drie vice-kampioenschappen.
In 2017 wisselde hij van Yamaha naar Ducati. Ondanks enkele zeges kon hij nooit meespelen voor de titel. In 2019 ging hij over naar Repsol Honda. Crashes en blessures waren een rode draad doorheen de loopbaan van Lorenzo. In 2019 zou hem dat uiteindelijk de das omdoen. Lorenzo beet zijn tanden stuk op zijn dominante ploeggenoot, Marc Marquez, reed drie rijders onderuit op Barcelona en crashte eerst in tests in Spanje en dan in de wedstrijd op Assen. Met een gebroken ruggenwervel was hij meerdere races out. Na nog meer valpartijen en matige resultaten reed hij in Japan zijn 200ste Grand Prix. Vandaag, 14 november, hield Lorenzo de eer aan zichzelf. Na de afsluitende race in Valencia, hangt hij de helm aan de haak.
Jorge Lorenzo: “Er waren al vroeg in het seizoen crashes en blessures. Ik kon fysiek niet voor de volle honderd procent gaan. Maar er was ook het gevoel op de motor, dat niet natuurlijk aanvoelde. Toen ik in Assen van de motor rolde vroeg ik me af: wat doe ik hier? Is het dit allemaal waard? Het is zo dat vanaf die crash de helling te steil werd voor mij. Ik kon niet meer de motivatie en het geduld opbrengen om te blijven klimmen. Ik hou van deze sport, ik rij graag maar ik wil bovenal winnen. Ik begreep dat, als ik niet voor de prijzen kon vechten, de wereldtitel of ten minste de zege, ik niet meer de motivatie kon vinden om verder te gaan. De doelstellingen die ik met Honda had gezet, waren, zeker op korte termijn niet meer realistisch.“