Home > #Hoofdnieuws > Interview Stéphane Ratel (deel 2): “ik heb de 24 Uur van Zolder met veel interesse gevolgd”

Interview Stéphane Ratel (deel 2): “ik heb de 24 Uur van Zolder met veel interesse gevolgd”

In het tweede deel van het interview met Stéphane Ratel heeft de man achter SRO het over de toekomst van de GT-racerij en zijn bewuste keuze voor GT2. Ratel ziet ook nog een lange toekomst voor de zo succesvolle GT3-klasse, maar ook GT2 en GT4 hebben hun rol. Echter de visionaire ondernemer is niet blind voor mogelijke bedreigingen en wapent zich vandaag al.

Foto: © Ferrari

Welke merken staan er klaar om Bentley, Nissan en andere Lexus in GT3 te vervangen?

“Er zijn Corvette en Toyota, maar ook Ford met de Mustang en ik moet eerlijk toegeven dat ik geen echte fan van de wagen ben. Ik verklaar me nader. Tot niet zo lang geleden was de GT3-klasse voorbehouden aan drie types wagens: primo de supercars met een centrale motor zoals de Ferrari en de Lamborghini, secundo de authentieke sportwagens zoals de Porsche 911 of de Mercedes-AMG en ten derde Grand Touring of GT’s in de klassieke zin van het woord, zoals de Lexus, de Bentley of de Nissan. De FIA wenste echter een echt technisch reglement op poten te zetten en dat heeft niet alleen geleid tot de mogelijkheid om nu pur sang racewagens voor de GT3-categorie te ontwikkelen zoals de nieuwe Ferrari 296 GT3 en de nieuwe Porsche 911 GT3 R, maar er is nu ook een deur opengezet voor wagens die je voordien niet in GT3 zag, zoals de BMW M4 of de Ford Mustang en waarom niet de Audi RS5. Dat is een ander segment van wagens dat maakt dat nu elke constructeur een auto zou kunnen ontwikkelen, ook die merken die echt op het brede publiek mikken en voordien niet in GT3 actief waren. Vergelijk het met wat we zagen in de toerwagenracerij: in essentie was dat BMW tegen Alfa Romeo, twee merken die graag tegen elkaar streden, maar de komst van Chevrolet, Citroën en later Lynk & Co heeft de hele omgeving veranderd. Dat kan ook in GT3 gebeuren en dat is voor mij een mogelijk gevaar voor de stabiliteit van de klasse. Een tweede bedreiging is het feit dat constructeurs nu pur sang racewagens gaan ontwikkelen, zoals de Ferrari 296 GT3 en dat de kosten te veel zouden kunnen stijgen. Dat hebben we al enkele malen meegemaakt, denk maar aan het einde van de vorige eeuw met de GT1 en uiteraard nog eens met GT1, maar dan een kleine vijftien jaar later. Anderzijds bewijst de GT3-klasse al zestien jaar lang van een sterk nummer te zijn en ik hoop dat we nog lang kunnen genieten van deze wagens in een omgeving waar zeer professionele privéteams met steun van een constructeur, overigens minder dan mensen geloven, hun ding kunnen doen. Van mij mag er nog eens zestien jaar bijkomen.”

En wat met GT4 en GT2?

“Misschien eerst nog eens onderlijnen dat GT4 en GT2 eigenlijk dezelfde filosofie hebben, met name raceauto’s met een straatwagen als basis. Dat betekent dat GT2-wagens ook niet zo duur zijn als sommige mensen denken, de budgetten liggen in de lijn van de GT4-klasse. GT2’s zijn eigenlijk krachtige GT4’s waarbij een aantal technische elementen aangepast zijn, zoals de ophanging en de koeling. In de toekomst zouden de supercars, zoals de Audi R8 richting GT2 moeten evolueren en GT4 zou dan voorbehouden moeten zijn aan bolides zoals de Alpine, de Toyota Supra enz. Ik zou daar perfect ook een BMW M2 in kunnen zien en aanverwante wagens. Vandaar dat we Maserati met de MC20 ook in GT2 zullen zien en niet in GT4. De GT2-klasse mikt daarbij op de gentlemen drivers en in die optiek laten we de GT2-wagens volgend jaar ook in de 24 Hours of Spa toe. Ik hoop toch een vijf à zestal GT2’s aan de start te zien. Ik ben dan ook erg verheugd met de recente zege van de Audi R8 GT2 in de 24 Uur van Zolder, want dat bewijst dat de auto ook lange wedstrijden aankan, wetende dat Zolder niet meteen een makkelijke race voor de techniek is. Ik heb de race met veel interesse gevolgd. Uiteraard moet ons eigen GT2-kampioenschap wel groeien, waarbij ik in 2023 graag 20 à 22 wagens zou willen zien.”

Het eerste deel van het interview leest u hier: