Afgelopen zondag werd in Saoedi-Arabië de allerlaatste wedstrijd van de WTCR verreden, met een zege voor onze landgenoot Gilles Magnus. De geschiedenis van de World Touring Car Cup is daarmee amper vijf jaar oud en vooral in het laatste seizoen liep het niet meer van een leien dakje, wat dan ook tot een vroegtijdig einde leidde.
Foto: © WTCR
In 2017 kwam er na dertien seizoenen een einde aan het WK voor toerwagens, of WTCC dat onder meer door de dominantie van Citroën en de torenhoge kosten richting de uitgang moest. Op 6 december 2017 werd tijdens de FIA World Motorsport Council in Parijs de oprichting goedgekeurd van de nieuwe World Touring Car Cup (WTCR), een wereldbeker en geen FIA WK meer en dat op basis van de toen nog relatief nieuwe TCR-regelgeving. In die constellatie zou het WTCR het dus vijf seizoenen volhouden, tot in oktober van dit jaar het einde van WTCR werd aangekondigd. De primeur van het nieuwe kampioenschap was voor Marokko, waar Gabriel Tarquini in een Hyundai de eerste wedstrijd won.
De eerste kampioen van de nieuwe serie werd Gabriel Tarquini (Hyundai), gevolgd in 2019 door zijn teamgenoot Norbert Michelisz. Yann Ehrlacher (Link & Co) won vervolgens tweemaal op rij en dit seizoen was de titel voor de Spanjaard Mikel Azcona (Hyundai).
Magnus en Vervisch
Van Belgische zijde behaalden Gilles Magnus en Frederic Vervisch ieder vier zeges, terwijl de West-Vlaming in 2021 vice-kampioen werd. De man met de meeste zeges is echter Esteban Guerrieri met tien stuks, twee meer dan Thed Bjork (de laatste echte wereldkampioen toerwagens in 2017), Yvan Muller, Gabriele Tarquini en Norbert Michelisz. Tom Coronel reed als enige alle wedstrijden, 108 en won eenmaal. Norbert Michelisz van zijn kant was de snelste sprinter, met tien poleposities, iets wat Gilles Magnus viermaal deed en Fred Vervisch driemaal.
Bij de teams scoorde Comtoyou Racing twaalf zeges, WRT vijf (in één seizoen) en DG Sport Competition twee. Boutsen Ginion won niet.