Foto ©: F1
De Grand Prix van Monaco in 1996 kende een recordaantal van slechts drie rijders die de race uitreden. Het was een bizarre dag op het circuit.
De GP van Monaco staat bekend als een van de moeilijkste races om in te halen. De smalle bochten van het stratencircuit bieden weinig ruimte om in te halen en wanneer rijders elkaar dan toch proberen in te halen, is dat uiterst lastig en gevaarlijk. In 1996 schreef het circuit echter ook geschiedenis als het circuit waar de minste rijders de race uitreden.
Tijdens de kwalificatie had Michael Schumacher de pole position veroverd maar de Duitser veroorzaakte controverse tijdens zijn laatste ronde toen hij Gerhard Berger hinderde aan het einde van de sessie. Op de race zelf was Olivier Panis de snelste in de opwarming, terwijl Jacques Villeneuve achttiende werd nadat hij een natte set-up had gebruikt als voorbereiding op de verwachte regen. Tussen de opwarming en de race viel er zware regen op het circuit en werd er een extra sessie van vijftien minuten ingelast om de rijders te laten wennen aan de veranderde omstandigheden, want het was de eerste keer dat er regen viel tijdens het raceweekend.
Schumacher werd het slachtoffer van de gladde baan toen zijn Ferrari al in de eerste ronde in de vangrails gleed. Na vijf ronden waren er nog maar dertien auto’s over omdat Ukyo Katayama , Ricardo Rosset en Diniz uitvielen. Alesi reed vervolgens twintig ronden aan de leiding, voordat zijn ophanging het begaf en Panis aan de leiding kwam. In ronde 31 spinde Martin Brundle, waardoor er nog maar elf auto’s in de race waren. Luca Badoer had zes ronden achterstand op de Forti toen hij in de 66e ronde bij Mirabeau in botsing kwam met Villeneuve, waardoor beide rijders moesten opgeven.
De race werd niet volledig afgelegd omdat er een tijdslimiet van twee uur was. Panis leidde met een kleine marge voor David Coulthard, met slechts vijf andere auto’s achter hen. Irvine spinde op hetzelfde punt waar zijn teamgenoot Schumacher was gecrasht en toen hij probeerde terug te komen, werd hij geraakt door Mika Salo, die op zijn beurt werd geraakt door Hakkinen. Alle drie de auto’s trokken zich terug, waardoor er nog maar vier auto’s rondreden, met Frentzen als laatste. De Duitser besloot in de laatste ronde de pits in te rijden, omdat hij toch al laatste stond en alle anderen de finishvlag al hadden gezien.
