Home > #Hoofdnieuws > Interview Ugo De Wilde: “het beste moet nog komen”

Interview Ugo De Wilde: “het beste moet nog komen”

Het seizoen 2021 eindigde op een hoogtepunt voor Ugo De Wilde, de jonge autosportbelofte uit Zaventem, die drie van de laatste vier races waaraan hij deelnam, won, in Portimao en vervolgens op Road Atlanta in het voorprogramma van Petit Le Mans. Zijn mooiste herinnering blijft echter de overwinning in de Road To Le Mans, een wedstrijd een paar uur voor de start van de 24 uur van Le Mans. 2022 wordt eens te meer een seizoen in het teken van uithoudingsraces voor De Wilde.

Zesentwintig races, vierentwintig keer achter het stuur, tweeëntwintig maal aan de aankomst, zestien podiums, negen poleposities en acht overwinningen: de cijfers spreken voor zich, Ugo de Wilde heeft zijn beste seizoen uit zijn carrière achter de rug. Een jaar rijk aan deelnames, maar ook aan trofeeën.

Veel gereden

Samen met de Europese GT-kampioenen Charles Weerts en Dries Vanthoor moet ik de Belgische rijder zijn die de voorbije negen maanden het meest heeft gereden”, aldus Ugo De Wilde, die afgelopen zaterdag zijn 19de verjaardag vierde. “Na vier seizoenen in eenzitters was het voor mij belangrijk om te slagen in mijn overgang naar de uithoudingsraces. Ik denk dat ik dat doel bereikt heb, ook al moet ik toegeven dat ik op iets meer gehoopt had. Ik ben bijvoorbeeld gefrustreerd dat ik niet één polepositie kon pakken in de European Le Mans Series. Ik werd telkens tweede in de laatste drie kwalificatiesessies, twee keer met vijf honderdsten verschil. Mijn mooiste herinnering van het jaar is natuurlijk de overwinning in de tweede race van de Road To Le Mans, op zaterdag van de 24 uur van Le Mans met de Duqueine van het Belgische Mühlner Motorsport. We hadden de race op donderdag al moeten winnen, maar pech verhinderde dat.

2022 wordt een belangrijk jaar voor De Wilde en zijn ambitie is duidelijk om professioneel rijder te worden: “Ik heb al vijf jaar en meer dan 100 autoraces in de benen. Ik hoop op een gegeven moment met een constructeur te kunnen werken. In de tussentijd zal ik mij volledig blijven inzetten en vertrouwen dat het uiteindelijk goed komt. Ik weet waar ik heen wil. Met ons gezin hebben we al veel inspanningen geleverd om zover te komen en ik ben niet van plan het daarbij te laten. Ik ben ervan overtuigd dat het beste nog moet komen.”