Gilles Magnus had al verwacht dat het op het circuit van Pau-Arnos moeilijk inhalen zou zijn. Dat kon de vertegenwoordiger van het RACB National Team ook aan den lijve ondervinden, na twee keer als laatste te moeten vertrekken.
Elke sportieve carrière bestaat uit hoogte- en laagtepunten. Dit weekend beleefde Gilles Magnus op het circuit van Pau-Arnos zijn donkerste pagina’s uit zijn passage in het wereldkampioenschap voor toerwagens.
“Dit was misschien wel het slechtste weekend uit mijn carrière”, stelde de Antwerpenaar na de meeting. “En dat heb ik enkel aan mezelf te wijten. In de kwalificaties schoof ik naast de baan. Enkel door hulp van buitenaf kon ik opnieuw vertrekken, maar dat betekende dat ik sowieso werd gediskwalificeerd. Daarom moest ik bij beide races als laatste vertrekken. Ik had voor dit weekend al gesteld dat de kwalificaties heel belangrijk zouden zijn, omdat het op dit circuit moeilijk inhalen is. En ik heb tot mijn eigen scha en schande mogen ondervinden dat ik op dat vlak helemaal gelijk had. In de eerste race finishte ik als 14de, in de tweede als 17de. Bovendien miste ik in de laatste race wat snelheid, misschien te wijten aan een kapotte ophanging.”
Met nog twee meetings te gaan beseft Magnus dat hij voor een heel lastige opdracht staat. “Ik wil me voortaan toeleggen op de Junior-rangschikking, waar ik net zoals in de WTCR Trophy de eerste plaats bezet.”