20 jaar geleden vond de eerste editie van de 24 uur van Spa in de huidige vorm plaats, meer bepaald met een startgrid met enkel GT-wagens. Uiteraard waren de GT-wagens al eerder succesvol geweest in Spa, met onder meer zeges van Porsche in 1993, maar ook einde jaren ’60. Echter, een startveld met enkel GT’s, zonder de toerwagens was ongezien voor de klassieker in de Ardennen.
Foto’s ©: met medewerking van David Noels
Toegegeven, de lijn tussen enerzijds echte toerwagens, zoals de Volvo 240, de Holden Commodore en andere BMW 528i, of vermomde toerwagens met twee deuren, zoals de Toyota Supra, Mazda RX7, BMW 635 CSi, Ford Sierra Cosworth of andere Nissan Skyline is in Spa altijd erg dun geweest, zeker in de hoogdagen van de Groep A. Later zagen we ook Porsche 911 of 964 of zelfs een Ferrari Mondial het opnemen tegen de ‘2 liter’ toerwagens en zelfs in de laatste fase van het toerwagentijdperk doken er nog Honda Integra, Toyota Celica en andere Mercedes SLK Roadster op aan de start van de race. Maar enkel GT’s, neen, dat paste niet in het kraam van de inrichters.
Echter de toerwagens zagen we rond de eeuwwissel meer en meer in sprintkampioenschappen terug en ondertussen waren enkele heldere geesten aan de slag gegaan met Viper, Porsche en Ferrari voor langere wedstrijden. De FIA GT, een kampioenschap van promotor SRO, vergaarde meer en meer notoriëteit en promotor Stéphane Ratel was bovendien op zoek naar een grote wedstrijd voor zijn kampioenschap. Uiteindelijk vonden SRO en de RACB een oplossing voor een periode van drie seizoen, “maar ik wil veel verder gaan dan dat”, liet Ratel toen al in de pers optekenen. Het reglement was behoorlijk liberaal, want ook wagens die niet in de FIA GT van start gingen, kregen startrecht voor die eerste editie van de 24 uur van Spa voor GT-wagens en zo boden er zich begin augustus toch 39 wagens aan.
Viper boven alles
Dat de strijd om de zege een Amerikaanse kwestie zou worden, was al snel duidelijk. Van de elf wagens in ‘GT’, waren er negen Chrysler Viper GTS-R, tegen één – fragiele – Ferrari 550 Maranello en één PSI Porsche 996 Bi-Turbo. Bij de teams met een Viper waren Team Carsport Holland, Larbe en Belmondo de grote jongens, terwijl ook twee Belgische teams een ‘Amerikaan’ inzetten: GLPK en Silver Racing. In N-GT was de strijd al even ongelijk met negen Porsche 996 GT3-RS tegen één Ferrari 360 Modena. Verder zagen we tien wagens in de ‘National GT’ en acht bolides uit diverse merkencups. Vooral in de ‘National GT’ doken enkele exoten op zoals Marcos LM600, Renault Spider en Gillet Vertigo, maar ook de aanwezigheid van Lamborghini en Lotus gaven een bijzondere touch aan deze eerste uitgave. Opvallende vaststelling, meer dan 60 landgenoten konden zich nog een startbewijs ‘veroorloven’, tegen amper zeven of acht in 2021…
De zege in die eerste GT-uitgave was uiteindelijk voor Christophe Bouchut, Jean-PPhilippe Belloc en ‘onze’ Marc Duez in een Viper van het Franse Larbre Competition. Opvallend was ook de derde stek van Robert Dierick, Vincent Dupont en Eric de Doncker met de Silver Racing Viper.
