20 september is een bijzondere datum. Het is de verjaardag van de Hongaar Ferenc Szisz. Nooit van gehoord, zegt u. En toch is hij de man die de allereerste Grand Prix ooit won…in 1906!
foto’s: rv/publiek domein
Ferenc Szisz werd op 20 september 1873 geboren in Szeghalom, een dorpje op een goede 20 kilometer van de Roemeense grens verwijderd, en in die tijd nog een deel van de dubbeldynastie Oostenrijk-Hongarije. Szisz werd opgeleid als slotenmaker en koperbewerker, maar pikte al snel een interesse op in de gloednieuwe automobieltechniek. Hij volgde een ingenieursopleiding, trok door Oostenrijk en Duitsland en eindigde in 1900 in Parijs, bij de nieuwe Renault fabriek. Daar wordt hij algauw betrokken bij de prille automobielracerij. Hij wordt mekanieker (bijrijder, want in die tijd werden alle races gereden met een rijder en een mekanieker) van Louis Renault, één van de oorspronkelijke oprichters van het beroemde Franse merk. na de dood van Marcel Renault (de broer van Louis), werd Szisz racepiloot. Hij was ondertussen nog steeds aan het werk in de fabriek en dus was het aantal wedstrijden die hij kon rijden beperkt.
[/et_pb_text][/et_pb_column][/et_pb_row][et_pb_row _builder_version=”4.5.1″ _module_preset=”default”][et_pb_column _builder_version=”4.5.1″ _module_preset=”default” type=”4_4″][et_pb_text _builder_version=”4.5.1″ _module_preset=”default” hover_enabled=”0″]Maar op 26 en 27 juni 1906 kon hij wel deelnemen aan de “Grand Prix de l’Automobile Club de France”, de wedstrijd die de naam “Grote Prijs” voor eens en voor altijd in het woordenboek zette. Het was de bedoeling van de Franse automobielclub om de suprematie van de Franse automobielen duidelijk te maken. De Grand Prix zag er echter helemaal anders uit dan de huidige wedstrijden. De race liep over twee dagen, over een totale afstand van 1238,16 kilometer! Het circuit zelf was een driehoek van 103 kilometer aan stoffige kiezelwegen rond de Franse stad Le Mans, een omloop die de rijders zes keer per dag aflegden.
De allereerste Grand Prix
Ferenc Szisz reed een Renault AK. De 998 kilogram wegende machine werd voortgedreven door een 12 liter zescilindermotor in lijn gekoppeld aan een schakelbak met drie versnellingen. Het leverde hem 90 pk en een topsnelheid van 154 km/u… Iedere machine vertrok bij het startsein om de 90 seconden. De eerste, Lorraine-Dietrich, laat de motor afslaan bij de start. Vincenzo Lancia gaat met zijn Fiat wel van start zonder problemen, 90 seconden later gevolgd door Ferenc Szisz, op de Renault AK. De Fransman Paul Baras, op een Brasier wagen, is de eerste die een ronde van 103 kilometer voltooid na 52 minuten en 25 seconden. Daarmee klimt hij naar de derde plaats. De Fransman herhaalt dat nogmaals en het is pas in de derde ronde van 103 kilometer dat Szisz als eerste doorkomt. De zon brandt ongenadig, het is zeer heet. Szisz besluit de eerste dag met een voorsprong van 26 minuten op de Clément-Bayard van de Fransman Albert Clément. Zeventien wagens komen aan de finish op het einde van de dag. de Fransen zijn vastbesloten niemand enig voordeel te gunnen en dus worden de wagens in een gesloten park gezet dat ook ’s nachts wordt bewaakt. Zo willen ze verhinderen dat eender welke renstal enige wijziging aanbrengt aan hun auto. Szisz mag ’s anderdaags als eerste van start, en dat volgens zijn rijtijd van de vorige dag: hij start om 5u45…’s ochtends. De Clément-Bayard van Albert Clément volgt om 6u11. De rijders moeten diverse malen stoppen om te ravitailleren, Clément doet dat sneller dan Szisz en loopt wat in. Maar een opzittende Felice Nazarro (FIAT) gaat de volgende rondes de strijd aan met Clément voor de tweede plaats. Als Szisz in de tiende ronde de achterophanging breekt van zijn Renault AK heeft hij echter een half uur voorsprong en kan hij voorzichtig de koers uitrijden. Hij finisht als eerste na 12 uur 12 minuten en 7 seconden wedstrijd. Nazarro eindigt als tweede, voor Clément.
De mediatieke weerslag van het evenement was ongezien. De lengte van de race en de startprocedure werden onderwerp van discussie, maar de toon was gezet. Het daaropvolgende jaar kwamen de Duitsers ook met hun eigen “Grand Prix”. Ferenc Szisz lukt nog in een tweede plaats in de Franse Grand Prix van 1907 maar haalde de finish niet in 1908. In 1909 begon hij zijn eigen garage in Frankrijk en hij liet zich nog overhalen om in 1914 de Amerikaanse Grote Prijs te rijden, maar moest toen ook opgeven. Hij diende in de eerste wereldoorlog in Algerije, en werkte na de oorlog in de vliegtuigindustrie. Na zijn pensioen trok hij zich terug op het platteland, net buiten Parijs. Hij overleed in 1944.
De zege in die eerste Grand Prix legde Renault geen windeieren want zij zagen hun verkoop in 1907 bijna verdubbelen naar 3000 voertuigen. Voor de automobielindustrie werd de racerij definitief het uitstalraam bij uitstek.
[/et_pb_text][/et_pb_column][/et_pb_row][/et_pb_section]