Exact 6 decennia geleden realiseerde de tandem Moss-Gurney een historische zege in de 1000 km van de Nürburgring. Na een bloedstollende wedstrijd behaalde de gloednieuwe Maserati Tipo 61 zijn eerste succes in het WK der Merken.
Rivaliteit
Op 22 mei 1960 streek de 4de wedstrijd van het Wereldkampioenschap der Merken, zoals het toenmalige FIA-WEC noemde, neer op de Nordschleife. Het kampioenschap kende zit sinds zijn oprichting in 1953 een instant succes. Vele prestigieuze merken, gepiloteerd door de beste internationale (F1) rijders, waren steeds aan de start te bespeuren met de meest indrukwekkende sport- en GT-wagens. Er heerste een moordende concurrentiestrijd voor de felbegeerde titel die qua uitstraling een evenknie was voor het WK der Rijders, zoals de F1 aanvankelijk dan weer heette.
Voor de Duitse uithoudingswedstrijd meldden zich heel wat grote teams present. De Amerikaanse privé renstal Camoradi schreef 2 Maserati’s in. Teameigenaar en racepiloot Lucky Cassner, gesponsord door chemiereus ‘Dow Chemical’, beschikte over een mooi budget. Voor het seizoen 1961 schafte hij zich een duo Maserati’s Tipo 61 aan, Il Tridentes nieuwste wapen voor sportwagenwedstrijden. Stirling Moss deelde een exemplaar met Dan Gurney. Masten Gregory met Gino Munaron reden de andere Birdcage. De pijlsnelle bolides raakten al furore onder naam ‘Birdcage’ door zijn excentriek buizenchassis maar bleken nog wat te nieuw. Tot hiertoe vertoefden ze steeds vooraan maar beperkten zich tot het accumuleren van de snelste rondetijden… De Scuderia Ferrari kwam aandraven met 4 wagens. Twee twaalfcilinders van het type 250 TR59/60, bestemd voor Phil Hill-Wolfgang Von Trips en Willy Mairesse-Allison, geflankeerd twee ‘kleine’ Ferrari Dino’s 246 S voor Scarlatti-Cabianca en Ginther-Scarfiotti. Hoewel Aston Martin zijn race activiteiten in 1960 had gestaakt bleef het Britse merk nog als niet-officieel nog steeds actief met de DBR1/300. Jim Clark die een exemplaar deelde met Roy Salvatori bleek daarbij de meest competitieve equipe. Uiteraard was Porsche ook van de partij. Zuffenhausen zorgde voor een 4-tal 718 RS60s. Twee fabriekswagens voor Bonnier-Gendebien en Hermann-Trintignant, bijgestaan door een koppel semi-officiële wagens voor Walter-Losinger en de Beaufort-Frère.
Barre weersomstandigheden
De dag van de wedstrijd bleken de weergoden de deelnemers niet gunstig gezind. Grote wolken schaarden samen boven het Eifelgebergte. Een grimmige atmosfeer en kille temperaturen domineerden het weerbeeld. Bij het vallen van het startsein zorgde Stirling Moss voor een superstart! Kort daarop leidde hij het veld met grote voorsprong. Slechter was het gesteld met de 4 Porsches. Als enigen bleven zij geïmmobiliseerd op de startgrid. Het vochtige weer voorkwam dat de motor aansloeg. Gelukkig kregen de Porschisten hun bolides snel weer aan de praat en werd de achtervolging ingezet. Inmiddels leidde Stirling gestaag, op de voet gevolgd door Jim Clark met de Aston en de twee ‘grote’ Ferrari’s van Von Trips en Allison. Onder aanvoering van Hermann volgden de meute Porsches. De eerste ronde groeide Stirlings voorsprong tot 13 s maar dat was nog maar het begin. Kort daarna verschalkte de tweede Maserati de Aston van Clark. Inmiddels was een ontketende Bonnier met zijn Porsche aan een ongelofelijk remonte begonnen. In de 3de ronde ging hij in duel met Von Trips voor de 2de plaats. Die verschalkte hij en zette vervolgens zijn achtervolging verder in een poging om bij de Maserati te geraken! Moss reageerde prompt en vergrootte zijn voorsprong met 44 s. Von Trips bleef afwachtend in 3de stelling rijden, voor Clark wiens motor het daarop begaf. In ronde 10 hadden de initiële pitstops plaats. Moss kwam als eerste van de kopgroep binnen. Hij gaf het stuur aan Dan Gurney die vervolgens de wedstrijd weer aanvoerde. Olivier Gendebien, die in de uitstekend gereden Porsche van Hermann kroop, behield de prachtige 2de positie. Inmiddels verslechterden de weersomstandigheden met de minuut. Daarbij stak er plots mist die het zicht behoorlijk beperkte. Phil Hill, die de Ferrari van Von Trips overnam, wist Gendebien te verrassen en legde zo beslag op een 2de stelling. Inmiddels reed de Maserati nog steeds riant op kop totdat Gurney in ronde 20 de Tipo 61 de pits inloodste met een losgetrilde olieleiding. Het Camoradi team leverde schitterend werk. Hoewel de herstelling slechts 4’ 32” in beslag nam verloor de Maserati toch 2 posities. Daardoor leidde Hill, op de voet gevolgd door Gendebien. Steeds maar weer dikkere mist verhinderde Gurney niet om de Maserati de sporen te geven in een poging om de leiding terug te nemen. In ronde 26 vertoefde hij op de 2de plaats, op 42 s van Von Trips. Vervolgens kwam hij eindelijk binnen om te tanken, nadat het team hem verschillende malen onverricht ter zake trachtte binnen te roepen. Wegens de te dikke mist had de Amerikaan het signalisatiebord reeds enkele malen gemist! Stirling nam terug plaats in de Maserati en vertrok in 3de stelling als een bezetene. In ronde 31 vertoefde Porsche terug te leiding nadat de motor van de Phil Hills bolide de geest gaf. Moss zette alles op alles. Daarop bleek de Brit 12 s per ronde in te lopen op de RS60 van Bonnier! 6 ronden later ging de Maserati de Porsche voorbij. Bonnier trachtte nog terug te vechten maar Stirling was die dag onoverwinnelijk. Uiteindelijk zegevierde hij met een voorsprong van 3 minuten. Dat hij ook de snelste ronde van de wedstrijd op zijn naam schreef zal wellicht niemand verbazen! In het GT-klassement zegevierde de tandem Abate-Davis met hun Ferrari 250 GT, ingeschreven door de Scuderia Serenissima.
Hiermee was de eerste overwinning van de Maserati Tipo 61 in het Wereldkampioenschap der Merken een feit! Een fantastische prestatie die het Camoradi team het jaar daarop nog eens zou herhalen! Ditmaal met teameigenaar Lucky Casner zelf die het stuur van de Tipo 61 deelde met Masten Gregory.
Tekst: Alec Lavaerts
Foto’s: Archivio Maserati